Versie: 12 december 2024
De narratieve cyclus bestaat uit vier samenhangende aspecten nl. zelfbeeld, presentatie verhalenrepertoire, de verhalen van de leefwereld en de betekenissen die vanuit de sociale leefwereld worden verleend (het toeschrijven), geconcretiseerd in narratieven.
Het toeschrijven is een voorbeeld van taal als performatieve handeling (zie Butler[1]) d.w.z. als een handeling die mede onze sociale structuren bepalen. Taal bepaalt mede onze sociale werkelijkheid. Taal als handeling beoogt een bepaald effect te bewerkstelligen.
Foucault heeft erop gewezen dat betekenissen mede afhankelijk zijn van de sociaal-politieke macht. Woorden en narratieven hangen samen met de structuren in de maatschappij. Zo ontstaan o.a. ook identiteiten (Heinich[2]). Het geeft macht, maar leidt ook tot uitsluiting. Taal wordt bijvoorbeeld gezien als een recht op de vrijheid van meningsuiting, maar in feite gaat het hierbij om de achterliggende maatschappelijke context. Gelukkig kunnen betekenissen ook weer veranderen in de loop van de tijd.
Hoe de mens over zichzelf en anderen denkt zijn in de geschiedenis van de mensheid, volgens Foucault[3] vier fasen te onderscheiden, nl. a) de goddelijke werkelijkheid van de Middeleeuwen b) de Renaissance, waarin de mens zich emancipeert, maar nog wel deel der dingen is c) de representatie waarin de kennis vergaard wordt door het menselijk denkvermogen d) de postmoderne tijd waarin de mens enerzijds het centrum vormt van al het werkelijke, maar ook zijn eindigheid en beperktheid ziet.
Mensen willen graag macht over de waarheid, maar Foucault vraagt zich af of dit wel mogelijk is. We gebruiken woorden, taal om de werkelijkheid te beschrijven, maar zelfs de wetenschap is gebaseerd op paradigma’s. Elk wetenschappelijk feit veronderstelt ook een niet-feitelijke context. Het is een fictie dat woorden samenvallen met dingen. We komen niet verder dan interpretatie. In feite valt de mens dus samen met zijn narratief en hiermee moeten we het doen.
[1] Kielgang Elena. Performativiteit: hoe en waarom taal ons kan “verwonden”. De macht en potentie van belichaamde taal in het politieke veld. Bespreking filosofie van Judith Butler. Bachelor thesis Erasmus Universiteit Rotterdam 2016
[2] Heinich Nathalie – Interview met Peter Giesen. Volkskrant 7 dec. 2019; Interview met Sterre Houte de Lange. Sociale Vraagstukken 3 januari 2020; Paul Verhaege: boekenblog 11 over Heinich- Wat onze identiteit niet is. 14 maart 2020; Nacht van de sociologie. Interview – Jan Willem Duyvendak
[3] Foucault Michel- De woorden en de dingen. Laurens ten Kate, Humanistische canon, 2022